Huishoudelijk Reglement

Huishoudelijk Reglement

7 Ledenlijst Brand College 1 januari 1849Vergadering brandcollege maandag 12 januari 1885 1 Vergadering brandcollege maandag 12 januari 1885 2 Vergadering brandcollege maandag 12 januari 1885 3
Voor het Brand Collegie
Der stad Woerden
Met de wijzigingen van 16 december, 1819
3 juni, 1829 en 9 februari, 1846

Artikel 1    

Bij het openen van iedere ordinaire vergadering, zullen den notulen der voorgaande worden gereconsumeerd en gearresteerd.

Artikel  2   

De secretaris, hierin nalatig zijnde, zal verbeuren de somma van vijftien cents; gelijke boete zal hij verbeuren, wanneer de notulen en zijn tijd niet behoorlijk zijn geboekt.

Artikel  3  

De ordinaire vergaderingen zullen, minstens vierentwintig uren te voren, worden geconvoceerd de extra ordinaire zo mogelijk, ook, en andere naar omstandigheden die op ’t bepaalde uur niet precent is, zal verbeuren vijftien cents, en een half uur te laat komen dertig cents. Deze bepalingen van tijd wordt voortaan met de opening der vergadering vervuld te zijn, met uitzondering van die Brandmeesteren, met wier spuit dien avond geëxerceerd mocht zijn, en daar soms nog werkzaamheden daaraan hebben. De boete op de absentie bij het doen van schouwen, is bepaald op vijftig cents; evenvèèl op absentie bij exercitiën.

Artikel  4   

De gewone vergaderingen worden gehouden op den tweede Maandag, van iedere maand, extra ordinaire vergaderingen, zoo dikwijls commissarissen zullen noodig oordelen.

Artikel  5 

Van het betalen van boeten zal niemand gevrijwaardeerd zijn, dan om wettige redenen, van ziekte van dit aanbelang, dat, ‘t voornoemde lid onder Docters handen moet zijn, of bij de convocatie uit de stad is, en dat dien tusschen tijds niet weder in den stad is geweest, ’t welk zal staan ter discussie van dit College, doch ieder lid die ■beletselen van ziekte, of ■■anders, heeft, is verplicht aan een der commisarischen kennis te geven zullende bij verzuim hiervan,geene vrijstelling in aanmerking komen.

Bijschrift een ■persoonlijk  ■■ vervallen (zie notulen van 14 februari 1870)

Artikel  6  

De leden naar hunnen rang moeten functienemen, als: eerste de twee Commissarissen, naar rang van hunne aanstelling; dan de Eerste Brandmeesteren van Spuit No1. ,vervolgens Eerste Brandmeesteren van No2 en 3 en vervolgens de Tweede Brandmeesteren, zullen bij absentie, de ledige plaatsen worden opgeschikt, die aan deze orde niet voldoet, zal verbeuren telkens vijftien cents.

Artikel  7 

In het houden der vergadering, moet de volgende orde geobserveerd worden.  Bij het slaan der bestemde klok, doet de President de vergadering functie nemen. Hij doet de notulen die voorgaande vergadering examineren en arresteren. Dit gedaan zijnde stellen Commissarissen voor ’t gene hun dunkt noodzakelijk te zijn, en vraagt vervolgens ieder der leden naar hunnen rang, of dezelve iets hebben voor te stellen. Dit alles afgedaan zijnde sluit de President de vergadering. De President deze orde niet letterlijk observerende, verbeurt voor ieder verzuim vijftien cents.

Artikel  8   

Wanneer een zaak wordt behandeld, mag niemand der leden over andere zaken spreken, nog een ander die het woord voert, in de reden vallen, nog vóór zijn beurt adviseren op boete van vijftien cents.

Artikel  9 

Gedurende de vergadering zal tabak mogen worden gerookt, slechts dan niet , wanneer iemand , niet tot het College behorende , voor hetzelve zal verschijnen, doch, geen dranken mogen worden gebruikt, noch de vergadering verlaten worden op de boete van vijftien cents, tenzij met permissie van den President.

Artikel  10 

De boeten zullen worden betaald aan den secretaris, en wel door de presente leden staande de vergadering, en door de absente op de volgende vergadering, en zal de secretaris van gemelde boeten aantekening houden en incasseren, totdat het College zal disponeren.

Artikel  11 

De leden verbinden zich bij handtekening personeel voor de nakoming dezer, en voor betaling der voorgeschreven boeten. Gearresteerd te Woerden, 21 februari 1817’ en gerenoveerd en getekend 9 oktober 1818 ( was getekend) zie hiervóór.

? Art. 

Den 8ste  november 1852 is besloten om, in gevallen waar de stemmen mochten staken den President der vergadering een besslissende stem toe te kennen.

?Art. 2    

Den 11de  juli 1853 is besloten om de boete voor te laat komen exercitie of schouwen te bepalen op f. 0,25.

Related Projects